Biografie

In de jaren tachtig maakte ik al kennis met Afrikaanse liederen. Tijdens een solidariteitsmaaltijd om de anti apartheids beweging te steunen, zongen we oa Nkosi sikelel’iafrika
Ik vond dat heerlijke liederen en leerde ze ook aan in het huiskamerkoortje wat ik in die tijd oprichtte met iemand die op hetzelfde volksdansfestival was en ook enthousiast was geworden van meerstemmige Balkanzang. In die eerste jaren leerden we elkaar liederen van meerdere culturen.

Dat koor ‘Horus’ bestaat nog altijd en we zingen nu alleen Balkan liederen en hebben een vaste dirigent. Wanneer hij verhindert is neem ik het stokje over.
Ik zing het liefst uit het hoofd, omdat je dan meer uit het hart zingt en meer in verbinding bent met elkaar en ik kan niet zo goed stilstaan.

Al diverse keren had ik Duze zien zingen en voelde ik de kriebels om mee te gaan doen, maar het kwam er vanwege een te druk programma nooit van.
Naast zingen in ‘Horus’, speel ik klarinet in een klezmerorkestje en in een trio met wereldmuziek. Ooit in een cursus djembe leren spelen. Afrikaanse ritmes vind ik heerlijk.

Eind jaren 70 kon ik met een vriend mee naar zijn broer die in Zambia hielp met irrigatiesystemen ontwikkelen. Ik voelde me er thuis, meteen opgenomen, zingend mee mais dorsen etc.
Na drie optredens van Duze gezien te hebben, dan nu de knoop doorgehakt en ik heb er geen spijt van.

Duze is voor mij:

Een warm bad door de enthousiaste betrokken mensen en genieten van meerstemmig zingen en bewegen. Door het uit het hoofd zingen voelt het als een geheel, met elkaar, verbonden zonder (nog) veel van elkaar te weten. Net als in Afrika. Ik kan er lekker mijn gevoel in kwijt.

Ik vind het fijn om tenor te zingen, dan voel ik me lekker stevig gegrond, net als bij het spelen op de Djembe.